Hoe gaat het OV eruitzien in het ‘nieuwe normaal’?
Afstand houden tot elkaar zal zeer belangrijk blijven wanneer de maatregelen die zijn genomen vanwege de coronacrisis worden versoepeld. Maar het effect van anderhalve meter afstand houden is in het openbaar vervoer enorm groot. De capaciteit per OV-voertuig neemt bovenmatig af en handhaving zal lastig blijven. Welke uitdagingen liggen er op de loer voor het openbaar vervoer?
Tijdens een persconferentie van premier Rutte vanavond horen we meer over de maatregelen na 28 april en de gevolgen voor alle sectoren. Die gevolgen zijn tot nog toe al fors. Zo luidde de sector eerder de noodklok over de financiën. Er worden nu al maandelijks honderden miljoenen misgelopen nu er nog maar ongeveer 500.000 reizigers per dag van het OV gebruikmaken. Dat is ongeveer 10 procent van het normale aantal passagiers. Daarom deden de vervoerders eerder al een beroep op de overheid; ze vroegen toezeggingen over de NOW-regeling en een garantie om niet achteraf gekort te worden.
De anderhalve meter-regel
Wanneer bekend wordt gemaakt dat de maatregelen inderdaad versoepeld zullen worden na 28 april, is de kans groot dat dit geleidelijk zal gebeuren. Bovendien treden er nieuwe regels in werking – er wordt al gesproken over het ‘nieuwe normaal’. Aan alle sectoren is gevraagd om zich voor te bereiden op een anderhalve meter-samenleving. Dat is in het openbaar vervoer echter nog niet zo gemakkelijk. Volgens Pedro Peters, voorzitter van brancheverenging OVNL, neemt daardoor de capaciteit in OV-voertuigen exponentieel af.
Op dit moment zijn maatregelen genomen in de bussen om te voorkomen dat reizigers te dicht bij de chauffeur komen of te dicht bij elkaar. Dit is nog haalbaar nu het aantal reizigers zo veel is teruggelopen. Maar als mensen ook op termijn zeker anderhalve meter uit elkaar moeten blijven, zal een bus nog maar 15 tot 20 procent van de passagiers mee kunnen nemen. In een trein en metro is ruimte voor ongeveer 20 tot 25 procent van de volledige capaciteit. Daarmee wordt heel veel omzet misgelopen en tegenover de Telegraaf schatte de voorzitter in dat er al snel 1,4 miljard euro nodig is om te blijven rijden, als de anderhalve meter-regel tot het einde van het jaar duurt.
Reizigers
Tegelijkertijd is het aantal reizigers wel weer aan het toenemen, wat leidt tot drukte. Onlangs moesten treinen van NS uit de dienstregeling gehaald worden en een machinist van Arriva in Groningen moest via het omroepsysteem aan reizigers vragen om het voertuig te verlaten. De OV-sector vraagt mensen thuis te blijven tenzij de rit noodzakelijk is voor bijvoorbeeld woon-werkverkeer, maar er klinken steeds meer signalen dat het OV ook door andere mensen wordt gebruikt.
Wanneer de maatregelen versoepeld worden, zal naar verwachting het aantal reizigers nog verder stijgen. De meeste mensen meldden aan het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid dat ze nog gewoon in de trein, bus en metro zouden stappen. Circa 20 procent verwachtte hier minder gebruik van te gaan maken. Het is zeer de vraag of voor al die mensen ruimte is in het OV in een samenleving waarin iedereen anderhalve meter afstand moet houden. Wie bepaalt dan welke persoon wel de bus in mag stappen en wie niet? OV-NL stelde daarom een ‘speciaal vervoersbewijs’ voor, dat buiten een normaal vervoersbewijs laat zien dat je van de overheid met het openbaar vervoer mag reizen.
Tekst loopt door onder grafiek
Vitale beroepen
Reizigersorganisatie Rover heeft deze week een brief verzonden aan staatssecretaris Stientje van Veldhoven. Het belangrijkste is dat mensen veilig kunnen reizen en dan met name noodzakelijke reizen, meent Rover. Dan gaat het om mensen met een vitaal beroep, maar bijvoorbeeld ook om mantelzorgers. Bovendien pleit de organisatie voor eenduidige communicatie vanuit het kabinet en uniforme maatregelen bij de verschillende bedrijven.
“Reizigers kunnen de maatregelen beter naleven wanneer iedere vervoerder dezelfde maatregelen neemt. U moet, juist nu, regie nemen om te zorgen dat de dienstverlening voorspelbaar voor de reiziger is.” Het kabinet dient daarnaast ook duidelijk te blijven maken aan reizigers dat ze deels zelf een rol spelen. Zij moeten zolang het kan zo veel mogelijk thuiswerken, zich verspreiden in de OV-voertuigen, geduld uitoefenen en rekening houden met elkaar.
Personeel
Een tweede uitdaging betreft de veiligheid van het personeel. Handhaving is nu en zal ook op korte termijn lastig blijven. Hoe ontwikkelt zich dit wanneer er gecontroleerd moet worden of reizigers zich wel aan die anderhalve meter houden? “Wat doe je als er vijftien mensen in je bus zitten en er staan mensen te wachten bij een bushalte? Rijd je dan door? Dat wordt een hele lastige situatie”, schetst Peters een beeld tegenover EenVandaag. De voorzitter hamert er dan ook op dat de verantwoordelijkheid voor die beslissing niet volledig bij de bestuurders en de controleurs gelegd kan worden.
Hierdoor ontstaat een risico op extra overlast en agressie – zoals momenteel ook al het geval is. In de afgelopen weken nam de sociale onveiligheid toe, was op busstations meer overlast en meer mensen reisden doelbewust zwart. Daarom benadrukken ook de vakbonden dat er actie moet worden ondernomen om ervoor te zorgen dat medewerkers veilig hun werkzaamheden kunnen uitvoeren.
Zij vragen de betrokken ministers om duidelijke regels wanneer de coronamaatregelen versoepeld worden. De vakbonden vinden dat momenteel niet is geborgd dat OV-medewerkers veilig hun werk kunnen doen omdat er onvoldoende preventieve maatregelen, zoals toezicht en handhaving door bevoegd gezag, aanwezig zijn. “Daarom moeten wij constateren dat de sector zelf voor een enorme uitdaging staat om – gegeven het Covid19-virus – een toename van de reizigersstroom op te vangen.”
Nieuw reisgedrag
Daarbij blijft het natuurlijk de vraag in hoeverre de reizigersstroom werkelijk massaal zal toenemen. Het KiM concludeerde dat de meeste mensen weer zouden gaan reizen als voorheen, maar zullen mensen nog zo gemakkelijk in een volle bus, metro of trein stappen? In China – waar het normale leven weer langzaam wordt opgestart – is al onderzoek gedaan naar de gevolgen van de coronacrisis. Marktonderzoekbureau Ipsos concludeerde dat Chinese consumenten na de coronacrisis vaker kiezen voor een privéauto en beduidend minder vaak voor het openbaar vervoer. Waar voor de crisis nog 56 procent van de mensen gebruikmaakte van de bus en de metro, was dat na de crisis gehalveerd.
Volgens Ipsos is dat een gevolg van angst op een infectie en het onderzoeksbureau houdt er dan ook rekening mee dat dit effect op termijn zal verminderen. Toch blijkt ook in Nederland uit onderzoek van het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid dat het imago van OV lijdt onder deze crisis. Waar voorheen nog 40 procent positief was over trein, tram, bus en metro, schommelt dit aantal nu rond de 10 procent. Bij auto, fietsen en lopen is er nauwelijks verschil te merken.
Tekst loopt door onder grafiek
Kansen
Reizigersorganisatie Rover denkt dat de groei nog steeds wel zal plaatsvinden, vooral als nu wordt gezorgd dat het OV aantrekkelijk blijft. Dit is noodzakelijk, omdat het OV een belangrijke rol speelt in het behalen van klimaatdoelstellingen. “Er moet dan ook voorkomen worden dat de maatregelen die nu in het OV genomen worden leiden tot een groei van autokilometers in de toekomst. Door nu te zorgen voor een goed, veilig, en betrouwbaar vervoersaanbod zorgen we ervoor dat de reiziger ook in de toekomst het OV blijft nemen.”
Ook Corina de Jongh van Railforum sprak al over afspraken met werkgevers en onderwijsinstellingen. Zo zijn mogelijkheden om personeel en studenten over verschillende dagen of dagdelen te laten reizen, zodat niet iedereen op dezelfde dagen en in spits reist. Vooral nu mensen leren om online te vergaderen en te overleggen, moeten de kansen gegrepen worden om ervoor te zorgen dat het OV beter benut wordt en minder onnodig gereisd wordt.
De crisis biedt dan ook kansen, meent Steven van Eijck, voorzitter van de RAI Vereniging. Deze vereniging is betrokken bij het Deltaplan, een mobiliteitsplan dat een jaar geleden werd gepresenteerd. “We moeten ons nu afvragen of het OV wel optimaal is georganiseerd. We moeten modaliteiten beter laten aansluiten bij de wensen van mensen. We kunnen nu starten met het herijkingsproces van het openbaar vervoer en de invloed van de coronacrisis meenemen. Never waste a good crisis.”
U las zojuist één van de gratis premium artikelen
Onbeperkt lezen? Maak gebruik van de exclusieve aanbieding
Bent u al abonnee?
Om de reizigers goed over de treinen en de beschikbare zitplaatsen te verdelen, zou je een verplicht reserveringssysteem kunnen invoeren. Alleen plaatsen die 1,5 meter uit elkaar liggen zouden dan gereserveerd kunnen worden. Het is natuurlijk ingewikkelder dan ik zo even in twee regels opschrijf. Misschien kunnen NS (en andere OV-bedrijven) daarom al vast aan de ontwikkeling van een app beginnen?
Voor het rijden van langere treinen zal op korte termijn extra materieel nodig zijn. Het nieuw bestelde materieel stroomt niet snel genoeg in. Als oud Hoofd Materieelbeleid zou ik NS dan ook willen adviseren om per direct te stoppen met het slopen van rijvaardig of weer rijvaardig te maken materieel, dus ook de locomotieven serie 1700.
Je moet zowel in vraag als aanbod sturen. Dus enerzijds, zoals Corina de Jongh voorstelt, met werkgevers en onderwijsinstellingen (dwingende) afspraken maken zodat reizigers gelijkmatig over de dag en de dagen van de week verdeeld worden. En anderzijds het aanbod drastisch verhogen, dus de hele dag door hoge frequenties en lange treinen/metro’s inzetten. Overigens is dat voor busbedrijven qua inzet van rijdend personeel lastiger dan voor spoor.