Tweede Kamer wil meer geld voor Lelylijn en Nedersaksenlijn
Er moet meer geld naar de infrastructuur in Noord-Nederland gaan, vinden meerdere partijen in de Tweede Kamer. Het kabinet maakte onlangs bekend ongeveer 7,5 miljard euro in wegen, rails en fietspaden te investeren, maar slechts een klein deel hiervan gaat naar het noorden van het land. Onder meer CDA, de PvdA, ChristenUnie, JA21 en BBB vinden dat investeringen voor het Noorden achterblijven en willen hier meer geld voor vrijmaken.
Volgens CDA’er Harry van der Molen wordt het Noorden “sterk onderbedeeld”. Hij wijst erop dat van de totale investeringen slechts vier procent terechtkomt in de provincies Groningen, Drenthe en Friesland. Van der Molen vindt het niet voldoende dat het kabinet naar de Lelylijn, van Lelystad naar Groningen, verwijst. “Met een beetje geluk ligt die er pas over tien jaar.” Ook PvdA’er Habtamu de Hoop vindt de verdeling “te oneerlijk”. CU-Kamerlid Stieneke van der Graaf ziet ook dat het Noorden “achterblijft”.
Flessenhals Zwolle en Meppel
Partijen willen meer aandacht voor het spoortraject Zwolle en Meppel. Deze ‘flessenhals’ op het spoornet is de enige route naar het Noorden. Vaak ligt het traject eruit, gemiddeld zo’n negen uur per week. Daardoor is het Noorden slecht bereikbaar met de trein. JA21 en BBB willen dat het kabinet hier 75 miljoen euro extra voor uittrekt. Ook het CDA is voorstander van een grotere investering in dit gedeelte van het spoor.
Met de komst van de Lelylijn zou het drukke spoortraject tussen Zwolle en Meppel ontlast worden. “We hebben met het kabinet 3 miljard euro gereserveerd voor de Lelylijn”, zegt Heijnen. “Volgende week hoop ik meer informatie te geven over de financiering vanuit Europa via het TENT-T programma.”
Heijnen noemt dat de kosten voor het aanleggen van de Lelylijn mogelijk hoger zullen uitvallen door de materiaalschaarste en de oorlog in Oekraïne. “De ramingen bij ons zijn tussen de 6 en 9 miljard. Anderen zeggen dat het duurder gaat worden, maar de Kamer mag uitgaan van de cijfers die wij delen vanuit het ministerie.”
Nedersaksenlijn
Daarnaast vragen verschillende Kamerleden om extra geld voor de Nedersaksenlijn. De boodschap van de regionale partijen in de vorm van een Bidbook is duidelijk overgekomen bij de Kamerleden. Van der Graaf: “Ik hoor warme woorden voor de Nedersaksenlijn, alleen geen concrete plannen. Kan de staatssecretaris in de voorjaarsnota al geld vrijmaken voor de zogenoemde eerste fase?” Met de eerste fase doelt het CU-Kamerlid op de plannen om het ontbrekende stuk spoor tussen Emmen en Veendam aan te leggen. Die plannen zijn al uitgetekend zijn in het Bidbook.
“Wij kijken momenteel naar de totale ontsluiting van het Noorden”, reageert staatssecretaris Vivianne Heijnen. “De Nedersaksenlijn is een mooie kans voor het Noorden om veel mensen goed te ontsluiten. Binnen twee jaar krijgen we duidelijkheid over het nut, de noodzaak en de haalbaarheid van de Nedersaksenlijn. Op dit moment zijn er geen middelen om de Nedersaksenlijn direct waar te maken.” Toch staat de staatsecretaris wel open om te onderzoeken of de plannen van de Nedersaksenlijn versneld kunnen worden.
Van der Graaf diende meteen een motie in om dat onderzoek in te stellen. De motie is ondertekend door een ruime meerderheid waaronder VVD, CDA en D66. In de motie verzoekt het CU-Kamerlid om de regering een zelfstandig MIRT-onderzoek te starten naar de Nedersaksenlijn en daarmee een oplossing te vinden voor de financiering van de eerste fase.
Huizen bouwen
Minister Mark Harbers en Heijnen verdedigen de keuze om 65 procent van de investeringen te doen in de Randstad en 35 procent in de rest van het land. Zij wijzen erop dat in de Randstad de komende jaren de meeste woningen worden bijgebouwd. Al die huizen hebben wegen en OV-verbindingen nodig. Daarom is volgens Harbers daar een “grotere ingreep” nodig en ziet hij het “minder zwart-wit” dan een deel van de Kamer. Hij benadrukt dat ook geïnvesteerd wordt in de regio’s Eindhoven en Arnhem-Nijmegen.
Heijnen erkent dat ze “echt even moest slikken, zacht gezegd” toen ze zag hoeveel geld er bijvoorbeeld naar het doortrekken van de Noord-Zuidlijn gaat. In totaal wordt maar liefst 5,4 miljard euro geïnvesteerd in de regio Amsterdam, waarvan het Rijk 4,1 miljard betaalt. Maar investeringen daar geven verlichting in omringende regio’s, aldus Heijnen.
Lees ook:
- Heropening station Staphorst wederom uitgesteld, NS blijft sprinterdienst verzorgen
- Noordoost-Nederland doet laatste roep om geld voor “vergeten” Nedersaksenlijn
- Overheid wijst miljarden toe aan verdere verbetering OV en infrastructuur
- Nieuwe fase in Lelylijn: MIRT-onderzoek ingesteld
U las zojuist één van de gratis premium artikelen
Onbeperkt lezen? Maak gebruik van de exclusieve aanbieding
Bent u al abonnee?