‘Experimenteer met datadeling op kleine schaal voor realisatie MaaS’

Pim van der Toolen op het MaaS Congres

Het delen van data is essentieel om Mobility as a Service (MaaS) van de grond te krijgen, maar bij verschillende partijen heerst juist hierover onzekerheid. Zij vrezen bijvoorbeeld klanten te verliezen als ze inzicht geven in hun data. Maar bij een succesvol MaaS-systeem, kan het aantal klanten juist groeien, stelt Pim van der Toolen, business consultant bij InTraffic. Daarom is het belangrijk dat partijen samen gaan zitten en naar de mogelijkheden kijken.

Van der Toolen stimuleert vervoerders, app-bouwers en MaaS-aanbieders om zich niet te laten tegenhouden door angst over wat er wellicht mis kan gaan of de vrees om concurrentiegevoelige informatie te delen. “We willen met zijn allen Nederland bereikbaar houden – dat is een gemeenschappelijke waarde. Ga met elkaar zitten, kijk welke waardes je gezamenlijk belangrijk vindt en hoe je dat wilt bereiken. Dan kom je vanzelf achter dingen die je moet adresseren, zoals privacy.”

Concrete ervaring

Door hier constructief met elkaar over te spreken, kan voor die uitdagingen een oplossing worden gevonden. “Wat mensen vaak doen – ook in deze MaaS-discussie – is veel praten over oplossingen en discussies voeren, terwijl er nauwelijks concrete ervaring mee is”, aldus Van de Toolen onlangs op het MaaS Congres.

“Dan blijven de discussies conceptueel en in het ‘wat als’ hangen, zonder dat er iets daadwerkelijk wordt uitgeprobeerd.” Van der Toolen denkt dat sneller beginnen met ervaring opdoen zonder langdurige analyses en het opstellen van uitgebreide business cases bijdraagt aan een snellere ontwikkeling van MaaS.

Openbare data

Hij benadrukt dat niet alle informatie zomaar openbaar gemaakt kan worden – dat is ook niet altijd nodig. Van der Toolen: “Door bij elkaar te komen, het gesprek aan te gaan en vooral door goed door te vragen, kom je echt tot de kern waarom je bepaalde data nodig hebt. En dan zullen partijen merken dat er misschien veel meer mogelijk is dan ze in eerste instantie dachten.”

Mede omdat de partijen in de mobiliteitssector vaak een doel met elkaar gemeen hebben. Dat is bijvoorbeeld het gemakkelijk vervoeren van reizigers van A naar B of krimpregio’s bereikbaar houden. “Als partijen aan elkaar goed uitleggen met welk doel ze bepaalde data nodig hebben, blijkt wellicht dat het doel wel te bereiken is door andere data te delen dan in de eerste instantie gedacht werd. Data die helemaal niet concurrentiegevoelig is.”

Samenwerking

Samenwerking is onmisbaar om concrete stappen te zetten. “Je kunt samen veel gavere dingen bereiken dan alleen”, aldus Van der Toolen. “Ik denk dat de markt met elkaar moet praten en gewoon moet starten – dan landt MaaS sneller dan wanneer we jaren bezig zijn met eerst alle analyses klaar hebben.”

Er kan prima klein gestart worden, want het is zinloos om meteen alle systemen en modaliteiten te integreren. Van der Toolen spreekt wel eens partijen die meteen hun hele systemen willen integreren, terwijl dit voor het te bereiken doel helemaal niet noodzakelijk is.

“Begin gewoon met een experiment op één klein stukje en werk vanuit daar. Dan volgt de rest stukje bij beetje. Er zijn bijvoorbeeld al enkele MaaS-aanbieders die klein beginnen in een bepaalde regio en met lokale vervoerders in gesprek gaan. Dit werkt goed en zou ook prima werken voor grotere partijen.”

Experimenteren

Het is wel belangrijk dat iedere partij in de MaaS-keten zijn huidige kaders loslaat en niet in procedures blijft hangen. “MaaS staat nog niet in de draaiboeken”, aldus Van der Toolen. “Die processen zijn er voor een reden, maar dit zit experimenten in de weg. En juist die experimenteergedachte is echt nodig om verder te komen.”

Auteur: Inge Jacobs

1 reactie op “‘Experimenteer met datadeling op kleine schaal voor realisatie MaaS’”

Stijn Vernaillen|07.03.19|14:42

Dat delen en experimenteren, dat zijn we in Antwerpen met Slim naar Antwerpen gewoon aan het doen. Binnenkort een kortlopende projectoproep om de integratie tussen de verschillende stakeholders te bevorderen en het open mobiliteitsecosysteem verder uit te bouwen maar ondertussen zijn de spelers zelf allemaal aan het kijken hoe ze voorbij hun mobiliteitsfamilies elkaars services kunnen integreren.