Evaluatierapport

Ontwikkeling CDT kan verder na geslaagde proefperiode

Daklicht
Taxidaklicht. Foto ter illustratie. Foto: Shutterstock/Timo Nausch

De Centrale Database Taxivervoer (CDT), de beoogde vervanger van de BCT (Boordcomputer Taxi), is geschikt voor het beoogde doel en gebruik. Dat concludeert de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) in het onlangs gepubliceerde evaluatierapport. Volgens de overheidsinstantie levert de CDT voor de inspectieteams de wettelijk vereiste gegevens op, net zoals de BCT.

“In de nieuwe opzet worden taxivervoergegevens efficiĆ«nter verkregen”, zo luidt een van de conclusies van het evaluatierapport. “De gegevens zullen, met enige doorontwikkeling, vrijwel direct voor de inspecteurs beschikbaar zijn. De inspectieteams kunnen daardoor hun primaire taken efficiĆ«nter uitvoeren, wat moet leiden tot betere naleving van de arbeids- en rusttijden.”

Naast ILT zijn ook de gebruikers van het nieuwe systeem, de taxichauffeurs, volgens het rapport tevreden. “Eindgebruikers ervaren de authenticatie middels het rijbewijs in het algemeen als een verbetering ten opzichte van de BCT-kaart, omdat het aanmelden minder tijd kost”, zo valt in het rapport te lezen.

Systeem

Het nieuwe systeem zit als volgt in elkaar. Onder verantwoordelijkheid van de taxiondernemer worden door de chauffeurs de taxigegevens geregistreerd. Dit doen zij via een voertuiggebonden apparaat of app. De taxigegevens worden nagenoeg onmiddellijk, met tussenkomst van een ICT-dienstverlener, online aangeleverd bij ILT. Deze worden vervolgens opgeslagen in de CDT, waarna deze wordt doorverwezen naar de BCT Toezichttool. Na het inlezen van de bestanden worden de gegevens geverifieerd en verrijkt aan de hand van informatie uit de registers van Kiwa, RDW en KvK. Op dat moment zijn de gegevens beschikbaar voor inspecteurs.

Tekst loopt door onder de afbeelding.

Het nieuwe CDT-systeem
Het nieuwe CDT-systeem.

Hoewel alle betrokken partijen de nieuwe werkwijze over het algemeen als positief ervaren, zijn er nog wel de nodige haken en ogen. Zo zijn de functionele foutmeldingen in het aansluitproces momenteel onvoldoende behulpzaam in het oplossen van problemen. “Dit dient verbeterd te worden”, concludeert ILT. Verder worden er nog alternatieven ontwikkeld voor het scannen van rijbewijzen en wordt het mogelijk om chauffeursnummers te valideren. Momenteel wordt onderzocht of in de tweede helft van dit jaar een tweede praktijktoets of pilot mag worden uitgevoerd.

Lees ook:

Onderwerpen: , , ,

Auteur: Olivier Smits

Olivier Smits is redacteur van Mobiliteit.nl en TaxiPro.