CPB: Laat veiligheid van auto meer meewegen in belastingen

De veiligheid van een voertuig moet veel meer meewegen bij het berekenen van de belasting op auto’s. Zo kan de prijs van veilige auto’s dalen en die van onveilige auto’s stijgen. En dat moet autokopers prikkelen om een veiligere auto te kopen, wat uiteindelijk ook de veiligheid onderweg vergroot. Dat blijkt uit onderzoek van het Centraal Planbureau (CPB).

De hoeveelheid CO2 die een auto uitstoot wordt al flink meegewogen in de belastingen. Zo berekent het Rijk sinds 1 januari 2013 de BPM voor personenauto’s volledig op basis van de CO2-uitstoot. Maar met de veiligheid van een auto wordt amper rekening gehouden, ziet het CPB. Opvallend, noemen de rekenmeesters noemen dat. Veiligheid blijkt namelijk de grootste maatschappelijke kostenpost van mobiliteit te zijn.

Het is inderdaad niet zo dat er helemaal géén rekening gehouden wordt met de veiligheid van een auto, erkennen ze. De huidige accijns brengen de maatschappelijke kosten van zowel milieu, geluid als verkeersonveiligheid al bij de automobilist in rekening. Alleen, stellen rekenmeesters: de verkeersonveiligheid is een veel grotere maatschappelijke kostenpost dan de emissies CO2, NOx en fijnstof per voertuigkilometer.

Tegenovergestelde

“We pleiten dan ook niet voor een nieuwe belasting, maar voor het beter differentiëren van bestaande belastingen”, schrijven ze. Dat heeft tot gevolg dat veilige auto’s goedkoper worden en onveilige duurder en voorkomt het tegenovergestelde, zoals nu over het algemeen het geval is. Veilige auto’s zijn vaak duurder dan onveilige. Met als gevolg dat het aantal écht veilige auto’s achterblijft.

Dat is onwenselijk, aldus het rapport. Er bestaan immers tal van systemen die de veiligheid in de auto en op de weg verhogen zijn en het aantal groeit. Maar er zijn verschillen in de mate waarmee voertuigen met dit soort technieken zijn uitgerust. Ook biedt niet ieder voertuig evenveel bescherming bij een botsing – bescherming van de inzittenden, maar ook aan andere verkeersdeelnemers als voetgangers en fietsers. En zoals gezegd: ongevallen brengen hoge maatschappelijke kosten met zich mee.

Informatievoorziening

Een ‘economische prikkel’ om veilige auto’s aan te schaffen kan hier dus verandering in brengen. Overigens is dat niet alles, stellen de onderzoekers. “Zonder gedegen onderzoek en informatievoorziening is het voor consumenten niet eenvoudig om een veilig voertuig te kiezen.” Ze pleiten dan ook voor een betere informatievoorziening richting consumenten.

Betere differentiëren van bestaande belastingen blijkt overigens de beste maatregel uit de lijst beschikbare opties, zo staat in het rapport. “Het stellen van minimumveiligheidseisen in EU-verband is ook een goede (en momenteel veelgebruikte) beleidsoptie, maar verlaagt slechts de maatschappelijke kosten zonder die in rekening te brengen. Ook doen verzekeraars experimenten met lagere tarieven als klanten bepaalde veiligheidssystemen hebben. Dit heeft echter een zeer beperkte invloed op de aanschafbeslissing van een auto, hét moment waarop mensen moeten kiezen of ze voor een veiligere auto gaan.”

Meer weten over rijtaakondersteuning en de invloed op verkeersveiligheid? Kom dan naar de eerste editie van het ADAS Congres, op donderdag 20 september in Autotron Rosmalen. Bekijk het volledige programma en meld u hier aan voor deelname.

Auteur: Jan Pieter Rottier

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.