Eerste MER voor verkeersbeleidsplan

De gemeente Den Haag werkt aan een nieuw verkeers- en vervoersbeleid. Dit beleid wordt vastgelegd in een Haagse Nota Mobiliteit. Voor de besluitvorming over dit plan is een Milieueffectrapport (MER) opgesteld. De maatregelen zijn onvoldoende om ambities en doelstellingen waar te maken, luidt het oordeel van de Commissie voor de milieueffectrapportage. Het plan-MER is de eerste in zijn soort opgesteld voor een gemeentelijk verkeersbeleidsplan.

Aanleiding voor het opstellen van de Haagse Nota Mobiliteit is een actualisatie van het huidige verkeersbeleid rekening houdend met de groei van het verkeer, de ruimtelijke ontwikkelingen en de leefomgeving. Het nieuwe verkeersbeleid is planmilieueffectrapportage (m.e.r.) plichtig. Ten behoeve van de besluitvorming is daarom een plan-milieueffectrapport (MER) opgesteld. Het plan-MER is voorgelegd aan de Commissie voor de milieueffectrapportage, een bij wet ingestelde onafhankelijke adviseur die een oordeel velt over de inhoud en kwaliteit van milieueffectrapporten (MER). Die heeft een aantal kanttekeningen bij de Haagse aanpak.

De Commissie oordeelt bijvoorbeeld dat de informatie in het MER aanwezig is om een besluit te nemen over?de eisen die worden gesteld aan de netwerken (fiets, OV, weg) voor wat betreft reistijd, kwaliteit en inpassing in de omgeving. En ook over de mate waarin de Haagse Nota Mobiliteit zal bijdragen aan realisatie van bestuurlijke doelen voor bereikbaarheid en leefbaarheid van de stad.

De Commissie oordeelt ook dat de informatie onvoldoende is om nut en noodzaak van een aantal kernprojecten binnen het totale netwerk van de stedelijke infrastructuur vast te stellen. Onderzoek naar strategische keuzes en maatregelen kan integraal worden meegenomen in de structuurvisie voor het ruimtelijk beleid van Den Haag die in 2011 zal worden opgesteld, aldus de Commissie.

De Commissie stelt verder vast dat het MER laat zien dat met de onderzochte alternatieven de meeste beleidsdoelstellingen en ambities uit het ontwerp HNM niet worden gerealiseerd. De Commissie adviseert daarom om strategische keuzen zoals ruimtelijke ordening, prijsbeleid (in samenhang met parkeerbeleid), mobiliteitsmanagement en het verbeteren en benutten van ov- en fietsnetwerken in onderlinge samenhang nader te onderzoeken op hun waarde voor de ambities en doelstellingen uit de HNM. Deze opgave kan worden opgepakt als integraal onderdeel van de actualisatie van het ruimtelijk beleid in de nieuwe Structuurvisie Den Haag. Dit is des te belangrijker omdat bij het opstellen van het MER nog beperkt rekening kon worden gehouden met het vervallen van de landelijke km-heffing en de vertraging van ruimtelijke ontwikkeling als gevolg van de financieel-economische crisis, aldus de Commissie.

Onderwerpen:

Auteur: Redactie

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.