‘Verkeersinformatie moet weer in centrale handen van de overheid’

Het Nederlandse wegennetwerk moet flexibeler worden, anders dreigt het compleet vast te lopen. Grotere flexibiliteit kun je onder meer bereiken door de informatievoorziening aan reizigers te verbeteren en te versnellen, en door alsnog een vorm van kilometerheffing in te voeren. Dat stelt prof.ir. Ben Immers in zijn intreerede aan de TU Delft, op vrijdag 11 februari. Immers is tevens wetenschappelijk directeur van Onderzoekschool TRAIL.

De afgelopen decennia is de mobiliteit in ons land fors toegenomen en deze groei is maar heel beperkt opgevangen door de uitbreiding van de capaciteit van het wegennet. Het wordt dus steeds drukker op onze wegen. ‘Niet alleen verplaatsen we ons vaker, we verplaatsen ons ook op andere momenten dan vroeger’, zegt prof. Ben Immers. ‘Zo heb je tegenwoordig, naast de gewone spits, ook de zaterdagmiddagspits en fenomenen als de IKEA-spits.’
Deze ontwikkelingen vragen dringend om een grotere flexibiliteit van ons wegennetwerk. Dat kan volgens Immers onder meer door een betere samenhang tussen hoofd- en onderliggende wegen, een betere afstemming met het OV en door de weg zelf flexibel te benutten (zoals bij de wisselstrook op de A1 tussen Diemen en knooppunt Muiderberg).
‘Een van de belangrijke elementen in het flexibeler maken van het wegennetwerk, is ook het verstrekken van goede reizigersinformatie. Daarmee kun je de verkeersvraag beïnvloeden. Goed geïnformeerde automobilisten kiezen namelijk hun eigen reisalternatief, waardoor het systeem als geheel beter gaat functioneren (een vorm van het principe the wisdom of crowds). Het is daarbij wel cruciaal dat de informatie de reiziger snél bereikt. Het is minder belangrijk dat de verkeersinformatie volledig is.’
‘In dat licht, pleit ik er sterk voor dat het ministerie van Infrastructuur en Milieu (voorheen Verkeer en Waterstaat) weer de regie gaat voeren over de verkeersinformatie. Nu is die informatie nog in handen van private partijen als de VID (VerkeersInformatieDienst) en de ANWB. Deze opzet levert niet alleen een vertraging in de informatievoorziening op, de wegbeheerder beschikt over aanvullende informatie waardoor sneller betere adviezen kunnen worden verstrekt.’
‘En, zoals gezegd, snelheid is cruciaal. Ik hoef niet te horen dat ik in een file sta, als ik er al weer bijna uitrijd. Het zou daarom veel beter zijn als een overheidsorganisatie als Rijkswaterstaat (dat valt onder het ministerie van Infrastructuur en Milieu) weer over de verkeersinformatie gaat. Dat sluit overigens niet uit dat ze intensief samenwerken met andere partijen, zoals TomTom, ANWB en VID.’
Tevens vindt Immers een vorm van beprijzing een goed idee om de zo gewenste flexibiliteit te bewerkstelligen. ‘Ook met een heffing kan de verkeersvraag (naar tijd en plaats) worden beïnvloed. Zo’n heffing hoeft wat mij betreft niet per se de gedaante te krijgen van het voorstel Anders Betalen voor Mobiliteit (door het vorige kabinet gelanceerd maar nu in de ijskast).’
‘Er zijn zeker alternatieven. In de Verenigde Staten zijn bijvoorbeeld de zogenoemde HOT-lanes een doorslaand succes. HOT staat voor High Occupancy Toll. Dit zijn in principe carpoolstroken, maar tegen betaling kunnen ook automobilisten die alleen in hun voertuig zitten, van de rijstrook gebruikmaken.’

Onderwerpen:

Auteur: Redactie

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.