Praktijkproef

Overijssel en Noord-Brabant maken hun wegen ‘ISA-proof’

Praktijkproef ISA
Om het ISA-systeem optimaal te laten werken, is het cruciaal dat de fysieke en digitale wegeninfrastructuur op orde is. Website praktijkproefisa.nl, 2022

De provincies Overijssel en Noord-Brabant starten volgende week de praktijkproef ISA (Intelligente Snelheidsassistentie), om te testen of het wegennetwerk helemaal op orde is voor de verplichte invoering van dit systeem. Vanaf juli 2024 moeten alle nieuwe auto’s in de EU namelijk uitgerust zijn met deze technologie, die moet helpen het aantal verkeersslachtoffers terug te brengen.

ISA is een hulpmiddel dat automobilisten helpt de geldende maximumsnelheid niet onbewust te overschrijden: een soort ‘intelligente speed manager’, die weet wat de maximumsnelheden zijn en de bestuurder assisteert om zich daaraan te houden. In de praktijk betekent dit dat een auto uit zichzelf snelheid vermindert, op het moment dat je als bestuurder harder rijdt dan zou mogen. In tegenstelling tot cruise control zoals we dat gewend zijn, grijpt een voertuig nu echt in. Cruciaal dus dat de informatie waar het systeem naar ‘handelt’ juist en volledig is.

Digitale en fysieke wegeninfrastructuur

“Dat ingrijpen doet het ISA-systeem op basis van twee type brongegevens: de fysieke informatie zichtbaar op de weg zoals verkeersborden en de data die het ontvangt via de Maximumsnelhedenkaart van het Nationaal Wegen Bestand (NWB)”, legt René Spaan uit. Hij is vanuit de gemeente Helmond betrokken bij het project. “Voor een goed werkende ISA moet de digitale en fysieke wegeninfrastructuur zoals verkeersborden en de digitale snelheden perfect op orde zijn. Het systeem krijgt bijvoorbeeld door dat je 50 km/u mag – zo staat dat op de borden en zo wordt het doorgegeven vanuit het Nationaal Dataportaal Wegverkeer (NDW) – en als jij 60 km/u rijdt, vermindert het voertuig automatisch de snelheid.”

“Op het moment dat er geen verkeersborden met een maximumsnelheid van 50 km/u aan het begin van de bebouwde kom staan, zou een auto met ISA dus geen seintje kunnen geven dat je met 80 km/u te hard rijdt”, vult Kees Koster, projectleider Smart Mobility bij de provincie Overijssel, aan.

Twintig ISA-voertuigen

In totaal worden twintig testauto’s een half jaar lang ingezet om te onderzoeken of de weginformatie in de gebieden up to date is. Op N-wegen in Overijssel, in Enschede en in Borne wordt bij schoolzones, 30km-wegen en invalswegen getest hoe de systemen werken. In dezelfde praktijktest rijden deelnemers met ISA-voertuigen op wegen in Eindhoven, Helmond en Tilburg.

Deelnemers van de proef werden gevonden in de eigen organisaties. Bij deelnemers in Noord-Brabant werd ISA in de eigen auto geïnstalleerd. Daarnaast worden gesprekken gevoerd met het CBR. “We willen ook rijscholen uitnodigen te gaan rijden met het systeem, zodat leerlingen ook leren rijden met dit type ‘ADAS-systeem’ (Advanced Driver Assistance Systems)”, aldus Spaan.

Praktijkproef ISA schoolzone
De ISA-voertuigen worden onder meer ingezet in schoolzones, om te onderzoeken of het systeem alle informatie krijgt die het nodig heeft.

‘Bak aan data’

In Overijssel willen ze de praktijkproef ‘de organisatie binnentrekken’. Koster licht toe: “Zo is het bijvoorbeeld in de gele jeeps van de weginspecteurs geïnstalleerd. Maar, en dit vind ik zelf de leukste, ook de deelauto waar alle collega’s in rijden, krijgen het systeem aan boord. Hierdoor gaan niet alleen de ‘geoefende’ weginspecteurs, maar ook de werknemers van andere afdelingen op pad met de auto. Zo krijgen we een compleet beeld van hoe het rijden met de testauto ervaren wordt.”

Na afloop van het project hebben de projectleiders niet alleen een grote stapel ingevulde evaluatieformulieren van alle gebruikers tot hun beschikking, maar ook een ‘bak vol data’. “ISA gaat ook heel waardevolle data verzamelen, die weer geverifieerd kan worden door het NDW. En met die data kan ik weer naar mijn collega’s en laten zien waar er nog aanpassingen kunnen worden verricht om onze gemeente ‘ISA-Ready’ te maken”, verwacht Spaan.

Urgentie wegbeheerders

De praktijkproef moet ook voor bewustwording gaan zorgen bij verkeers beleidsmakers en wegbeheerders. Spaan en Koster denken dat in geen enkele gemeente en provincie in Nederland de verkeersborden voor 100% kloppen, terwijl dit wettelijk verplicht is. En bovendien cruciaal voor een goede werking van ISA.

“En dat hadden we effe niet door met z’n allen”, zegt Koster. “Toen we begonnen met het testen van ISA-voertuigen, kwamen we er al snel achter dat op heel veel plekken de juiste informatie ontbreekt. Een praktijkproef als deze helpt de urgentie te vergroten dat verkeersinformatie op orde moet zijn, maar ook dat wij als overheden een belangrijke rol hebben te vervullen om dit straks – juli 2024, volgens Europees wetgeving – goed te laten werken. Een weg kan er wel uitzien als een 60 km-weg, maar als er geen borden staan, gaat ISA niet werken. Dat besef moet er komen bij de wegbeheerders.”

Complete keten

Bijzonder aan dit specifieke project is dat de hele ‘keten’ vertegenwoordigd is: Overheden, V-tron als leverancier van de ISA-retrofit module, wegbeheerders, datapartijen (Nationaal Toegangspunt Mobiliteitsdata), marktpartijen voor bebording en wegdata en kennisinstellingen voor begeleiding en uitvoering van de proef en evaluatie.

“Dit is voor ons als interne organisatie belangrijk omdat we de informatie niet eenmalig recht willen trekken, maar als het ware een ‘feedback-loop’ willen creëren”, legt Spaan uit. “Hierdoor blijft data constant up to date en kunnen we ook informatie terugkrijgen. Anders zouden we met een ISA-voertuig gaan rondrijden, passen we zaken aan die nog niet compleet zijn, maar kan het morgen weer anders zijn omdat iemand een verkeersbord meeneemt.”
Koster voegt hieraan toe: “We zijn heel erg blij met het samenwerkingsverband en we verwachten er veel van te leren. En niet te vergeten: verkeersveiligheid is het grote motief om hier als provincie op te investeren. 30% van de verkeersslachtoffers is gerelateerd aan te hard rijden, bewust of onbewust. ISA gaat helpen om dit fors terug te brengen.”

Auteur: Marloes Kanselaar

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.