Nieuwe aanbevelingen geeltijden

geeltijdenCROW komt met nieuwe adviezen voor de geeltijd die, afhankelijk van de snelheid op een kruispunt, in de praktijk neerkomen op verruiming voor rechtdoorgaand verkeer met een halve of hele seconde.

Er is in Nederland een verschil tussen de in de praktijk vaak toegepaste geeltijden bij verkeerslichten en de CROW-richtlijn hiervoor. IVER (Initiatiefgroep VERkeersregeltechnici) vindt dit verschil ongewenst en heeft door Goudappel Coffeng BV een onderzoek laten uitvoeren naar de gewenste duur van geeltijden bij verkeerslichten.

De resultaten uit literatuuronderzoek, expertinterviews, gedragsonderzoek en data-analyse laten zien dat automobilisten zich niet bewust zijn van de duur van de geelfase: het verkeersgedrag blijft gelijk bij verschillende geeltijden. Hoe lang het verkeerslicht op geel staat speelt dan ook geen rol in hun beslissing te willen stoppen, aldus Goudappel. Het ‘net’ door rood rijden is dus iets wat een automobilist wellicht soms overkomt in plaats van een bewuste keuze.

Te lang ‘geel’ leidt daarentegen tot onduidelijkheid en ondermijnt de geloofwaardigheid van de verkeerslichtenregeling. En dit heeft invloed op de wil van de weggebruiker om zich te conformeren aan de betekenis van ‘geel’ voor de rijtaak.

Luc Prinsen van Goudappel: “Toen we dat hadden kunnen vaststellen, zijn we gaan rekenen aan geeltijden: wat is een reële geeltijd zodat het mogelijk is dat wie dat wil ook redelijkerwijs kan stoppen.”

Het is onmogelijk om een geeltijd te vinden, waarin iedereen veilig kan én wil handelen, aldus luidt de conclusie van het onderzoek. Met de nieuw berekende geeltijden kan het grootste deel van de weggebruikers veilig reageren op geel. Het is ongewenst om de geeltijd langer te maken dan nodig. Hiermee neemt de duidelijkheid over de betekenis van geel en de geloofwaardigheid, efficiëntie en acceptatie van de verkeersregeling af, aldus het onderzoeksrapport.
De aanbeveling op basis van het uitgevoerde onderzoek is om geeltijden voor gemotoriseerd verkeer te berekenen op basis van een comfortabele remvertraging: 2,8 m/s2 .

Voor rechtdoorgaande richtingen wordt de maximale toegestane snelheid voor motorvoertuigen aangehouden, voor afslaande richtingen 40 km/h, tenzij de gereden snelheid sterk afwijkt van de toegestane maximumsnelheid. In dat geval is het nodig om het snelheidsregime aan te passen of om uit te gaan van de 85%-percentielwaarde. Een perceptie-responstijd van 1,0 seconde wordt aangehouden.

Voor (brom)fietsers en bussen kan worden uitgegaan van de huidige CROW-aanbevelingen hiervoor, aangevuld met een opmerking dat in situaties waarin niet de maximale snelheid kan worden gereden, de geeltijd naar beneden kan worden bijgesteld (bijvoorbeeld oversteek direct na een haakse bocht). De richtlijn voor geeltijden die zo ontstaat, is opgenomen in het handboek Verkeersreglementen en samengevat in deze tabel:

geeltijden-tabel

Onderwerpen:

Auteur: Redactie

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.