Ministerie I&W

Second opinion over uitrol ERTMS: ‘Meer mandaat, sturing, kennis en kunde nodig’

treincabine

Een commissie van experts op het gebied van de implementatie van ERTMS of vergelijkbare systemen in andere landen heeft een second opinion uitgevoerd.  “De commissie is kritisch en stelt dat Nederland de implementatie te optimistisch inziet”, dat schrijft staatssecretaris Vivianne Heijnen van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) aan de Tweede Kamer.

Doel van de second opinion was om de programmadirectie ERTMS en het ministerie van IenW te kunnen helpen om de geleerde lessen van andere ERTMS-implementaties in het buitenland toe te kunnen passen. De second opinion was nodig omdat dit voorjaar uit een herijking van de programmaplanning en kostenraming bleek dat een hoger bedrag en langere tijd nodig zijn om de treinbeveiliging en gerelateerde systemen klaar te maken voor de toekomst. De commissie vergeleek de afgelopen maanden de Nederlandse aanpak, organisatie en geraamde kosten met de uitrol in andere landen om te beoordelen of onze programmadoelen binnen de huidige planning en kostenraming kunnen worden gerealiseerd.

“De commissie is kritisch op de Nederlandse aanpak”, schrijft Heijnen. “Ervaringen in andere landen tonen aan dat de invoering van ERTMS niet zonder slag of stoot verloopt. Alles overziende oordeelt de commissie dat Nederland de implementatie van ERTMS te optimistisch inziet. Dit blijkt bijvoorbeeld uit de geplande uitrolsnelheid, die hoger
ligt dan Denemarken en België tot nu toe wisten te realiseren. Het laat zien dat de uitrol op de eerste baanvakken in Nederland waarschijnlijk langzamer zal verlopen dan nu gepland, mede omdat er nog ervaring moet worden opgedaan en hiervoor behoorlijke inspanningen nodig zijn. Ook waarschuwt de commissie voor de kans op langdurige hinder. Om het risico hierop te verkleinen, adviseert de commissie om op het eerste baanvak of de eerste baanvakken het schakelen tussen de oude beveiliging en ERTMS mogelijk te maken.”

‘Meer mandaat, sturing, kennis en kunde nodig’

“Om de programmadoelen te bereiken, adviseert de commissie dat meer mandaat en hands-on sturing nodig is op alle niveaus”, gaat Heijen verder. “Dit vraagt bijvoorbeeld om een strak gedefinieerde opgave, frequentere en meer kwantitatieve rapportage en doorlopende monitoring. Maar ook kennis en kunde om meer uitvoeringsgericht te werken. Door tempo met de uitrol te maken en zo snel mogelijk de nodige ervaring op te doen, kunnen uitloop en kostenstijgingen het meest worden beperkt. Wat betreft de kosten blijkt de Nederlandse uitrol duurder dan andere landen, ook als rekening wordt gehouden met de complexiteit van het Nederlandse spoorwegnet. Eenduidige conclusies zijn hierover nog niet te trekken. Het kan onder meer worden toegeschreven aan algemene prijsstijgingen en typisch Nederlandse factoren, zoals beperkte schaalgrootte, de wijze waarop de sector is ingericht en waarop sectorpartijen aanbesteden en inkopen. Ten aanzien van de kosten adviseert de commissie te bekijken of het mogelijk is inkoopvoordelen of schaalgrootte te creëren.”

Heijnen gaat voor gewijzigde aanpak

De second opinion van de commissie bevat 28 aanbevelingen, op basis waarvan de staatssecretaris in overleg met betrokkenen heeft besloten tot een gewijzigde aanpak. Ze heeft daarbij de gewenste steun van de programmadirectie ERTMS. “Ten eerste wil ik toe naar een meer ontwikkelgerichte, lerende aanpak. Dat betekent voor mij: eerst klein beginnen met de ERTMS-uitrol om ervaring op te doen en vervolgens te bezien hoe opschaling mogelijk is. Dit kan door het opdelen van het programma in tranches en per tranche te bepalen welke projecten worden voorbereid of uitgevoerd. Eenmaal besloten staat de scope, planning en kostenraming van een tranche in uitvoering vast, zoals geadviseerd door de commissie van de second opinion. Dit geeft stabiliteit, maakt het mogelijk te leren uit eerdere tranches en zo de aanpak doorlopend te verbeteren. Dit vanuit het idee dat met verloop van tijd de uitrol sneller en goedkoper zou moeten kunnen.”

“Ten tweede wil ik in de bijgestelde aanpak erkennen dat ERTMS niet op zichzelf staat. Er moeten slimme keuzes worden gemaakt tussen het minimaal renoveren van de bestaande systemen en het maximaal investeren in nieuwe technologie, aansluitend bij de Europese specificaties. Dit niet alleen om kostenefficiëntie te realiseren, maar ook om het programma te stroomlijnen en beter voorbereid te zijn op de toekomst. Elke tranche wil ik daarom in lijn met de Europese verordeningen kunnen benaderen. De programmadirectie ERTMS dient bij (aankomende) nieuwe Europese specificaties een analyse uit te voeren om de impact op de uitrol van ERTMS – en dus de komende tranche(s) – te bepalen. Op dit moment zijn het aanpassen van de treindetectie, de voorbereiding op de volgende ERTMS-versie en de vervanging van 2G al concrete vraagstukken.”

Adviesraad moet toezien op doorvoeren aanbevelingen

De komende periode zal de herijkte aanpak nader uitgewerkt worden. “Het is mijn streven om alle voorbereidingen voor de herijkte aanpak in 2024 af te ronden zodat een volgend kabinet hierover kan besluiten”, stelt Heijnen. “Met deze herijkte aanpak kan naar verwachting bij elke toekomstige tranche worden ingezet op een snellere uitrol, mede op basis van nuttige innovaties, waarbij tempo en budget op elkaar worden afgestemd. Dit draagt bij aan de
implementatie én beheersing van ERTMS. De herijking die nu plaatsvindt is daarbij een belangrijke stap. Ik verwacht op korte termijn geen aanzienlijke besparingen te kunnen realiseren en wil het belang benadrukken van tempo behouden om grote kostenstijgingen als gevolg van vertragingen te beperken.”

Heijnen wil dus een pas op de plaats. ERTMS in fasen invoeren. “Ik wil daarom ook voor de uitrol van ERTMS tot 2031 laten onderzoeken wat het opbrengt als de sector zich concentreert op de ingebruikname van de eerste paar baanvakken en de voorbereidingen van de laatste baanvakken van het programma later oppakt. Hierdoor kan niet alleen budget, maar vooral ook tijd, capaciteit en aandacht worden vrijgespeeld voor het hier en nu. In opvolging van de aanbevelingen van de second opinion om hinder te beperken, zal ik daarbij ook de sector vragen nogmaals goed de ingebruikname van ERTMS op de eerste baanvakken tegen het licht te houden.”

Tot slot stemt de staatsecretaris in met het voorstel van de programmadirecteur ERTMS om een Adviesraad Digitalisering Spoor in te stellen. “Deze Adviesraad met internationale experts kan toezien op de doorvoering van de aanbevelingen van de second opinion voor ERTMS, maar ook bij toekomstige uitdagingen gevraagd en ongevraagd advies geven. Hiermee wil ik ook borgen dat we zoveel mogelijk de kennis van binnen en buiten de Nederlandse spoorsector benutten om van de digitalisering van het spoor een succes te maken.”

Lees ook:

image002.gif

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Maak gebruik van de exclusieve aanbieding

Bekijk de aanbieding

Auteur: Jeroen Baldwin

Bron: SpoorPro.nl

3 reacties op “Second opinion over uitrol ERTMS: ‘Meer mandaat, sturing, kennis en kunde nodig’”

Pat Rick|20.11.23|09:16

De Deense aanpak kan leidend zijn voor een snellere en goedkopere uitrol van ERTMS (als ProRail dat ook wil): een (1) projectorganisatie, liefst iedereen in hetzelfde gebouw. Korte lijntjes, hands-on aansturing, compacte kwantitatieve rapportage. Zo snel mogelijk ervaring opdoen met makkelijke trajecten (liggen meestal aan de randen van het netwerk).

Zou men een change readiness assessment van ProRail of het ERTMS-verhaal doen, dan zou overal rode vlaggen zien door de heersende belangen.

Pat Rick|20.11.23|09:15

Ook lijkt het er op dat ProRail&co zich makkelijker kunnen indekken als er inderdaad tegenvallers zijn. Er zou duidelijker moeten zijn wie wat doet, ipv een wollige rapportage zonder goede cijfers. Want straks zal het wellicht onduidelijk zijn waar zaken fout zijn gegaan en waarom het meer geld heeft gekost (is al bij de opzet dus). En is er weer een parlementaire enquete nodig met een dik rapport terwijl de reiziger in de kou staat. Nederland verdient meer voor de gelden tbv infra-investeringen

Pat Rick|20.11.23|09:15

De opzet van de uitrol van ERTMS is al ingewikkeld met ProRail en verschillende partners. Het lijkt niet alleen duurder dan in het buitenland, omdat veel partners hier wellicht aan moeten verdienen. Ook gaan hierdoor schaalvoordelen verloren en lijkt het lastiger om kennis te delen, waardoor de leercurve minder stijl is. Daardoor lijkt de uitrol minder snel te gaan, ondanks dat ProRail nu belooft dat het nog sneller gaat dan in Belgie en Denemarken. Een recept voor tegenvallers dus.