Pas in 2022 besluit over vroegtijdige vervanging treinen MerwedeLingelijn

Trein Qbuzz MerwedeLingeLijn
Trein Qbuzz MerwedeLingeLijn. Foto: ProMedia

Het besluit om de treinen op de MerwedeLingelijn al dan niet vroegtijdig te vervangen, is over de jaarwisseling heen getild. Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland wil eerst met Qbuzz in gesprek over een mogelijke bijdrage van de vervoerder, omdat nieuw materieel een exploitatievoordeel zou opleveren.

De coalitie hield tijdens de begrotingsbehandeling van 2022 tegen dat dit jaar nog een besluit werd genomen, schrijven lokale media. Als concessieverlener staat Zuid-Holland voor een keuze tussen twee opties: circa 16 miljoen euro investeren in nieuwe treinen – waarmee meerdere knelpunten worden opgelost – of de huidige GTW-treinen retrofit ombouwen. In het laatste geval wordt alleen het spoorbeveiligingssysteem ERTMS ingebouwd en blijft het huidige materieel tot zeker 2038 in dienst.

Maatschappelijke knelpunten

Spoorbeheerder ProRail neemt tussen 2026 en 2028 ERTMS in gebruik op het spoor tussen Rotterdam en de Belgische grens en dus moeten ook de treinen op de MerwedeLingelijn van dit nieuwe systeem worden voorzien. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat subsidieert die inbouw, mits de treinen daarna nog minstens tien jaar blijven rijden.

Tegelijkertijd kampen de huidige treinen met een aantal maatschappelijke knelpunten. Zo zijn ze niet voorzien van toiletten – waarover reizigersvereniging Rover deze maand nog maar eens aan de bel trok. Ook is het materieel niet zelfstandig toegankelijk voor reizigers in een rolstoel en is de capaciteit niet berekend op de verwachte reizigersgroei. De lijn was voor corona met name in de spits al kwetsbaar.

Besluit voor april

Deze knelpunten kunnen alleen worden opgelost door de treinen vroegtijdig te vervangen. Maar het materieel is nu slechts op de helft van de levensduur en heeft dan ook nog een hoge boekwaarde. Vervanging zou leiden tot een afschrijving van circa 30 miljoen euro. Na subsidie die IenW in het vooruitzicht stelt en verkoop van de huidige treinen blijft er nog altijd een investering van circa 16 miljoen euro over. En die kan niet worden gedekt binnen bestaande provinciale middelen voor het OV.

Bij Provinciale Staten werd daarom eerder dit najaar de vraag neergelegd of ze bereid zijn tot het doen van een investering of het aangaan van een lening voor de aanschaf van nieuwe treinen. “Indien hier niet voor wordt gekozen, accepteert u daarmee ook dat de maatschappelijke vraagstukken zoals hierboven genoemd niet voor 2038 worden opgelost”, schreef Gedeputeerde Frederik Zevenbergen.

Aanvankelijk zou dit besluit uiterlijk 10 november genomen moeten worden, maar dat blijkt nu 1 april 2022 te zijn. Voor retrofit ombouw is het vanaf dat moment noodzakelijk om onomkeerbare stappen te zetten.

Lees ook:

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Onbeperkt lezen? Maak gebruik van de exclusieve aanbieding

Bekijk de aanbieding

Auteur: Dylan Metselaar

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.