RET test nieuwe inrichting metro met leun- en hangplekken

Minder zitplaatsen en meer plek om tegenaan te leunen en hangen. Op deze manier wil de RET de capaciteit van metro’s met 20 procent uitbreiden. Het eerste ontwerp van de nieuwe inrichting is afgelopen week onder reizigers getest. De Rotterdamse stadsvervoerder verwacht met de huidige voertuigen binnen vijf jaar tegen capaciteitsproblemen aan te lopen.

“Op bepaalde trajecten is de grens vorig jaar al bereikt in de ochtendspits. Soms was het zo druk dat je eigenlijk niet meer mee kon”, zegt Patty Koot, senior Adviseur Innovatie & Duurzaamheid vanuit het innovatielab in Rotterdam. Op deze locatie testten 28 reizigers als eerste de beoogde inrichting: een combinatie van stoelen, bankjes en een zestal meubels om tegenaan te leunen.

Ophopingen bij de deur

Door efficiënter gebruik te maken van de ruimte wil de RET reizigers meer spreiden in bestaande metro’s, die nu plaats bieden aan 404 zittende en staande passagiers. Als alle stoelen bezet zijn, is in de huidige rijtuigen weinig doorstroming. Er blijft alleen ruimte over in het gangpad en bij de deuren ontstaan ophopingen. “We zoeken naar een nieuwe inrichting waarbij we meer mensen kunnen meenemen, maar het wel aangenaam en prettig reizen blijft. Met het nieuwe ontwerp heb je meer keuze waar je wilt staan en kunnen we reizigers ergens naartoe leiden. We horen nu al dat het veel ruimtelijker overkomt.”

Daarvoor moeten dus wel zitplaatsen wijken. De testen in het innovatielab moeten uitwijzen welke eerste indruk reizigers van het nieuwe meubilair hebben. Bijvoorbeeld of en wanneer zij kiezen voor de nieuwe plekken. De proefpersonen testen eerst zes prototypen en lopen vervolgens met een VR-bril virtueel door de metro. Dat gebeurt in een leeg rijtuig, een relatief rustige metro en tijdens de spits zoals die was voor corona. De meningen lopen uiteen, maar de eerste reacties zijn positief voor Koot. “Leunen is toch fijner dan tijdens de spits als haringen in een ton staan.”

(Tekst gaat verder onder de afbeelding)

Ruimtelijker

De beoogde inrichting verschilt op veel plekken van de huidige. Behalve de variëteit aan meubels zijn stroken op de vloer aangebracht die aangeven welke delen bedoeld zijn om te lopen en te staan. Daarnaast moeten nieuwe kleuren en belichting ervoor zorgen dat het geheel ruimtelijker overkomt. Dat valt ook Resi, een van de proefpersonen, op. “Het is druk, maar uit ervaring weet ik dat het veel drukker kan zijn”, zegt ze terwijl ze virtueel door een metro met spitsdrukte loopt. Over de nieuwe meubels is ze verdeeld positief.

Het ontwerp dat nu wordt getest, lag al klaar voor de uitbraak van het coronavirus. De klantonderzoeken moesten worden verplaatst, maar aanpassing aan het design was niet nodig. Reizigers worden tijdens de proef wel gevraagd hoe ze zonder en met corona naar het ontwerp kijken. “Vanuit dit perspectief krijgen we mee dat afstand houden belangrijk is en dat laten we zeker zwaarder meewegen”, vertelt Koot. De extra beweegruimte wordt in coronatijden in elk geval al als prettig ervaren.

Nagebouwde metro

De komende weken wordt het ontwerp aangescherpt aan de hand van de feedback van de proefpersonen. In de volgende fase – dit najaar – kunnen zij daadwerkelijk plaatsnemen in een nagebouwd rijtuig. Op dat moment moet onder meer duidelijk worden wat de beste indeling is voor de metro, die is opgedeeld in drie delen. “Nu is het midden vooral gericht op zitten. Voor- en achterin is ruimte om te staan en te leunen en voor fietsen, rolstoelen en kinderwagens. Die combinatie gaan we in de mock-up-fase echt in een rijtuig in een loods testen.”