NS en IenW

Verzoek om toetsen aanvragen Flixtrain, Arriva, Qbuzz door ACM

De Koninklijke Marechaussee doet samen met de Britse Border Force een paspoortcontrole op Amsterdam Centraal. Foto: Ministerie van Defensie.

De Autoriteit Consument & Markt (ACM) heeft van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat verzoeken ontvangen om te beoordelen of de nieuwe treindiensten die vervoerders Flixtrain, Arriva en Qbuzz aan ACM hebben aangevraagd het economisch evenwicht van de toekomstige hoofdrailnetconcessie (2025-2033) in gevaar brengen. Allrail (de Alliance of Passenger Rail New Entrants) roept de ACM op de verzoeken van het ministerie en NS naast zich neer te leggen.

Flixtrain deed op 23 mei een aanvraag bij de ACM om vanaf 10 november 2024 in open toegang met twee treinen per dag tussen Rotterdam en Oberhausen te gaan rijden. De treindienst zal daarbij in Nederland stoppen op Arnhem Centraal, Utrecht Centraal, Amsterdam Centraal en Den Haag HS.

Arriva deed op 8 juni een aanvraag om vanaf juni 2026 dagelijks een trein tussen Groningen en Parijs laten rijden. De trein stopt dan op de stations van Zwolle, Almere, Amsterdam Zuid, Schiphol Airport, Rotterdam Centraal, Antwerpen Centraal en Brussel Zuid.

Qbuzz gooide op 12 juni helemaal de knuppel in hoenderhok en deed niet alleen aanvragen voor om vanaf januari 2027 te starten met een treinverbinding tussen Amsterdam en Berlijn via Hengelo of Arnhem en Amsterdam-Parijs, maar óók voor de route Amsterdam-Eindhoven.

Toeval of niet, op 14 juni meldde NS bij ACM het voornemen om een opentoegangsdienst te gaan rijden tussen Amsterdam en Berlijn (7 ritten per richting per dag); tussen Amsterdam en Frankfurt/Basel; tussen Amsterdam en Wenen/Innsbruck én in samenwerking met Eurostar en THI Factory tussen Amsterdam en Londen, Amsterdam en Parijs, Amsterdam en Marne-la-Vallée, Amsterdam en Marseille, Amsterdam en Bourg-Saint-Maurice.

Concurrentie op het internationale spoornetwerk

De aanvragen bij de ACM voor internationale treindiensten moesten vóór 10 juni zijn ingediend, zo dachten de vervoerders. Staatssecretaris Vivianne Heijnen van Infrastructuur en Waterstaat hanteerde voor zichzelf een deadline van 1 juli. Dat schreef ze op 20 februari dit jaar in een brief aan de Tweede Kamer: “Vervoerders die per dienstregeling 2025 internationale treindiensten in open toegang willen aanbieden in Nederland dienen voor 1 juli 2023 een melding te doen bij de ACM.”

Vorig jaar oktober maakte staatssecretaris Vivianne Heijnen van Infrastructuur en Waterstaat bekend dat er concurrentie op het internationale spoornetwerk komt. Onder andere de lijnen naar Brussel, Parijs, Londen, Basel en de IC-verbinding naar Berlijn krijgen allemaal open toegang. “Ik wil vervoerders daarbij ruimte bieden om met initiatieven te komen om nieuwe internationale verbindingen te realiseren en bestaande verbindingen te verbeteren. Die ruimte wil ik geven door de internationale verbindingen – waar dat kan – in open toegang tot stand te laten komen. Daarmee sluit ik aan bij de beweging die in Europa is ingezet om meer verbindingen in open toegang aan te bieden”, schreef Heijnen destijds in een kamerbrief.

Heijnen werd op haar wenken bediend, want bij haar deadline lagen er aanvragen bij de ACM van Flixtrain, Arriva, Qbuzz en NS. In het persbericht dat NS op 14 juni bij haar aanvragen deed uitgaan stelde de vervoerder dat het “liever gezien had dat de internationale verbindingen in de volgende concessie hadden gezeten, omdat dit voor een lange termijn met een goed aanbod zekerheid aan de reiziger biedt.” NS en partners Thalys en Eurostar willen reizen naar naar Londen en Parijs blijven uitvoeren. Ook hoopt de vervoerder diensten naar Frankfurt, Berlijn en Wenen te kunnen blijven aanbieden, nu dus in open toegang.

Het Plan B van Vivianne Heijnen

Hoe het gaat aflopen met alle internationale aspiraties van Flixtrain, Arriva, Qbuzz en NS zal afhangen van de exacte plannen van het ministerie met betrekking tot het hoofdrailnet. De hoofdrailnetconcessie loopt eind 2024 af voor NS en staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat Vivianne Heijnen is van plan deze weer voor 10 jaar onderhands aan de NS te gunnen. Dit zou aanvankelijk inclusief de internationale lijnen zijn, maar Heijnen stond het vervoerders dus toe om tot 10 juni aanvragen te doen voor het exploiteren van internationale lijnen. Alleen er voor die deadline geen of geen geschikte opentoegang-aanvragen bij de ACM waren ingediend op de lijnen naar Parijs, Londen en Frankfurt (Basel) en de IC Berlijn buiten de middagspits zouden ze in de hoofdrailnetconcessie worden opgenomen met dezelfde omvang en frequentie als nu. Voor de andere internationale verbindingen die NS nu uitvoert geldt dit ook.

Hoe die nieuwe concessie er precies uitziet is nog niet duidelijk. De ontwerpconcessie moet nog openbaar gemaakt worden, en zal “snel na de zomer van 2023” met de Tweede Kamer worden gedeeld, zo gaf staatssecretaris Heijnen op 24 april aan. Uiterlijk op 24 december 2023 moet de concessie worden gegund, maar de staatssecretaris heeft ook een Plan B.

Publicitaire ‘lobby’

Het is nu dus eerst aan de ACM op de aanvragen van Flixtrain, Arriva en Qbuzz te beoordelen. Daarbij is het niet alleen interessant hoe de ACM de aanvragen voor de internationale lijnen zal beoordelen, maar vooral ook hoe de Autoriteit aankijkt tegen de Qbuzz-aanvraag voor Amsterdam – Eindhoven.

Overigens komen de aanvragen voor toetsing van het ministerie van IenW en NS niet exact overeen. Zo vraagt het ministerie om toetsing van de aanvragen van Flixtrain (Rotterdam-Oberhausen), Arriva (Groningen-Parijs) en
Qbuzz (Amsterdam-Eindhoven). NS vraagt om toetsing van de Arriva-dienst naar Parijs, alsmede de Qbuzz- aanvragen voor Parijs, Berlijn én Amsterdam-Eindhoven.

Ondertussen is Allrail dus een publicitaire ‘lobby’ begonnen om de ACM te bewegen de verzoeken tot toetsing van het ministerie van IenW en NS naast zich neer te leggen. Allrail vindt het maar een vreemde gang van zaken allemaal, want, zo stelt de organisatie “hoe kunnen de Nederlandse overheid en NS een economische evenwichtstoets (EET) eisen voor een niet bestaande public service obligation (PSO)? De nieuwe PSO-richtlijnen van de Europese Commissie zeggen dat de reikwijdte van een nieuwe PSO rekening moet houden met voorgestelde open access-diensten. Met een verzoek om een ​​EET doen de Nederlandse overheid en NS het tegenovergestelde.”

Lees ook:

Auteur: Jeroen Baldwin

Bron: SpoorPro