Advocaat OV-fraude Limburg: stel dat het niet over NS ging
De zaak over de aanbestedingsfraude in Limburg is vanwege de betrokkenheid van NS door het Openbaar Ministerie groots opgezet en opgeblazen. Dit vertelde de advocaat van voormalig Veolia-directeur René de Beer op donderdag tijdens zijn pleidooi. Als het niet over NS was gegaan, zou zelfs niemand van mening zijn geweest dat het hier om een strafrechtelijke zaak gaat, meende hij.
Sinds vorige week staan zeven betrokkenen bij de vermeende aanbestedingsfraude terecht. Al verscheidene juristen hebben echter in de afgelopen week hun twijfels gezet bij deze rechtszaak, omdat er in hun ogen geen sprake is van een strafrechtelijke zaak.
De advocaat van De Beer vergeleek de rechtszaak met die in het boek A Time to Kill van John Grisham. Een advocaat verdedigt hier een afro-Amerikaanse man die de moordenaars van zijn dochter heeft neergeschoten. De advocaat vraagt in zijn slotpleidooi aan de juryleden zich voor te stellen dat het meisje blank was geweest.
Beschuldigingen
De Beer wordt beschuldigd van valsheid in geschrifte, niet-ambtelijke omkoping en schendig van bedrijfsgeheimen, maar zijn juristen pleiten onschuldig op alle feiten. Er zou valsheid in geschrifte zijn gepleegd, omdat De Beer via een schijnconstructie bij Qbuzz in dienst getreden was. Maar De Beer deed precies wat er in zijn arbeidscontract met PTRM was afgesproken – namelijk Qbuzz helpen bij de aanbesteding. Tegelijkertijd heeft hij ook geholpen bij andere projecten, dus van een schijncontract bij PTRM was geen sprake.
De schending van bedrijfsgeheimen wordt op twee punten weerlegd. Ten eerste heeft De Beer helemaal geen geheimen gedeeld, die vertrouwelijk waren. De informatie die wel gedeeld was, zou nauwelijks strategische waarde hebben gehad voor Qbuzz. Volgens de advocaten is dat niet alleen door NS toegegeven. “Notabene Veolia-topman Lageirse heeft gezegd dat “de uitgelekte bedrijfsgeheimen de overmacht waarmee de NS-dochter de aanbesteding heeft gewonnen onmogelijk kunnen verklaren”, stelt de advocaat.
Arriva
De advocaten stellen bovendien dat door het delen van deze kennis geen andere partij benadeeld is. Naast NS deden ook Arriva en Veolia mee aan het bod. Veolia wilde namelijk altijd al een zogenaamd non-compliant bod doen, omdat het in de financiële problemen zat. Om die reden hadden zowel NS als Arriva toegang gekregen tot een zogenaamde ‘dataroom’, zodat ze konden besluiten over een mogelijke koop van Veolia.
“In die dataroom waren alle bedrijfsgegevens in te zien – ook gegevens met betrekking tot de concessie”, meldt de vervoerder. Bovendien stapte een andere medewerker van Veolia rond die tijd over naar Arriva. “Het is naïef te denken dat Arriva hierbij geen gebruik heeft gemaakt van de wijsheden die zij heeft opgedaan bij het bezoek aan de dataroom. Conclusie is dat naast NS ook Arriva – vlak voor de start van de aanbesteding – beschikte over de betreffende informatie en wellicht nog meer dan dat.”
Vervalsing
Net als de advocaten van NS eerder deze week, namen de advocaten de tijd om erop te wijzen dat de klacht van Veolia over deze schendig van bedrijfsgeheimen vervalst is door een agent. Veolia heeft weliswaar aangifte gedaan, maar een aangifte is nog geen klacht en op een aangifte kan geen vervolging volgen. Sterker nog, Veolia zou helemaal geen strafvervolging voor De Beer hebben gewenst. Om dit toch te kunnen doen, is de aangifte later aangepast.
De advocaten ontkenden ook enige vorm van omkoping, omdat er geen ‘voort-wat, hoort-wat’-situatie bestond. Het is namelijk niet zo dat De Beer alleen een baan zou krijgen bij NS als hij zijn concurrentiebeding zou schenden. “Sterker nog, het behalen van de concessie was niet eens voorwaarde voor het aannemen van De Beer.” De Beer erkent dat het concurrentiebeding is geschonden, maar dat is geen strafbaar feit. Ook door de advocaten van Huges is daar deze week lang voor gepleit.
U las zojuist één van de gratis premium artikelen
Onbeperkt lezen? Maak gebruik van de exclusieve aanbieding
Bent u al abonnee?