Ministerie IenM zet in op betere verkeersdoorstroming en minder uitstoot
Het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM) zet komende jaren in op vervoersmiddelen die de doorstroming verbeteren en die minder of zelfs niets meer uitstoten. Die plannen heeft het demissionaire kabinet deze week bekendgemaakt.
Doel van de plannen is dat de bereikbaarheid van steden verbetert en dat mensen efficiënt en comfortabel van a naar b kunnen reizen – dus dat ze soepel kunnen overstappen tussen verschillende vervoersvormen. Met andere woorden: Mobility as a Service heeft prioriteit.
Zelfrijdende auto’s
Ook het terugdringen van de CO2-uitstoot is een doel. Dat voornemen vloeit voort uit de ratificatie van het Klimaatakkoord van Parijs. Doelstelling is dat de uitstoot van broeikasgassen in Nederland in 2030 met minimaal 40 procent is gedaald ten opzichte van 1990 en dat in 2050 de uitstoot gereduceerd is tot 0.
Om dit voor elkaar te krijgen, wil het ministerie onder andere de ontwikkeling van zelfrijdende voertuigen stimuleren. Een belangrijk element hierbij is het tijdig aanpassen van de infrastructuur en regelgeving. Als voorbeeld noemt het ministerie ook het spoor. Tussen Amsterdam, Utrecht en Eindhoven gaat volgend jaar ongeveer iedere tien minuten een trein rijden, en er zullen nog veel trajecten volgen.
IenM komt met een gericht aanpak voor alle genoemde punten. Voor de uitvoering neemt het ministerie tot 2020 de tijd.
Bereikbaar houden
In totaal investeert het kabinet komend jaar 6,2 miljard in infrastructuur. Naar het hoofdwegennet gaat 2,6 miljard euro en naar het spoor gaat 2,2 miljard euro.
De plannen vallen in goede aarde bij de Mobiliteitsalliantie, het samenwerkingsverband van 23 organisaties in de mobilliteitsbranche. De alliantie is blij dat dat het kabinet investeert in duurzame en slimme mobiliteit. Want dat is nodig om Nederland bereikbaar te houden, zeggen ze. Dat de overheid meer in z’n geheel gaat kijken naar dit onderwerp, stemt de betrokken organisaties ook tevreden. Ze missen alleen wel een extra 1 miljard euro per jaar om ‘Nederland bereikbaar, economisch aantrekkelijk en leefbaar’ te houden.
