Karel Martens: ‘Neem de mens als uitgangspunt’

karelmartens

Van twintig genomineerden voor de titel Verkeersprofessional 2014 eindigde Karel Martens bovenaan. ‘Ik was aangenaam verrast met het bericht tot winnaar verkozen te zijn. Het was wel een beetje een dubbel gevoel omdat ik mij niet direct als verkeersprofessional betitel. Een prof in academische zin, ja, maar bij professional denk ik vooral aan mensen die dichtbij de uitvoering van verkeerskundige maatregelen staan. En ik ben echt een wetenschapper.’

Maar wel een zeer verkeersdeskundige en praktisch ingestelde wetenschapper. Karel Martens, planoloog en Associate Professor in Transport Planning aan de Radboud Universiteit Nijmegen, houdt zich al vanaf het begin van zijn loopbaan bezig met mobiliteit. ‘Je ziet dat expertise en opleiding lang niet altijd meer samen gaan. Een fanatiek fietspromotor kan bijvoorbeeld uitgroeien tot een fietsexpert. Zo heb ik mezelf ontwikkeld van planoloog tot een mobiliteitsexpert.’

Radicaal andere mobiliteit
Belangrijk voor een nominatie voor Verkeersprofessional is de visie van de mobiliteitsdeskundige op ontwikkelingen in het vakgebied. Martens licht er drie toe die volgens hem de komende jaren een cruciale rol spelen.

‘Er is een toenemend bewustzijn dat mobiliteit geen doel op zich is.’

‘Uitgangspunt moeten niet de systemen zijn, maar de vraag wat mobiliteit doet voor mensen. Het aloude inzicht dat de functies van het verkeerssysteem ten dienste staan van de samenleving begint nu langzaam door te werken in de praktijk. Dat betekent dat er oog moet zijn voor alle mensen, ook voor hen die juist moeite hebben zich te verplaatsen. Ten tweede zijn we hard op weg naar een radicaal andere mobiliteit. Elektrische auto’s en fietsen, zelfrijdende voertuigen, de deel-economie. Iedereen kijkt daarbij naar de auto, maar er liggen ook kansen voor nieuwe vormen van openbaar vervoer. Van alles wordt binnen afzienbare tijd mogelijk en dat brengt heel veel nieuwe vragen met zich mee. Dit kunnen we deels aan bedrijven overlaten, zoals de ontwikkeling van die voertuigen. Maar de overheid heeft de taak te bekijken welke effecten wenselijk zijn. Hoe kunnen we toegang tot die nieuwe mobiliteit garanderen voor iedereen? Ten slotte zijn de huidige financieringsmodellen achterhaald als (zelfrijdende) auto’s op elektriciteit rijden. De inkomsten uit brandstofaccijnzen zullen dan wegvallen. Er wordt te veel gedacht waar geld te halen valt, terwijl het beter is om een financieringssysteem op te zetten dat aan iedereen de mogelijkheid biedt zich tegen een redelijke prijs te verplaatsen. Dat principe zou leidend moeten zijn in het nadenken over financiering. Ja, verkeer is belangrijk voor de economie, maar het is vooral een belangrijke maatschappelijke behoefte. Dat betekent dat niet het systeem, maar een rechtvaardige verdeling centraal moet staan!’

Breder opleiden
Ook voor de verkeerskundige opleidingen ziet Karel Martens een urgentie om de samenleving als uitgangspunt te nemen.

‘In plaats van primair te denken in modaliteiten, VRI’s of wegbreedte, moet de aantrekkelijkheid van steden centraal staan.’

‘Noem het een overkoepelend raamwerk, een visie op de rol van verkeer en vervoer in de samenleving vanuit verschillende perspectieven. Dat zou ook op de universiteiten een plek kunnen krijgen in een volwaardige master ‘Ruimte en Mobiliteit’. Die brede vorming is belangrijk, naast uiteraard goed geschoolde specialisten met een open oog voor de bredere context.’

Meer over de verkiezing Verkeersprofessional 2014 | Meer over de winnaar Karel Martens | Meer over de top 10 Verkeersprofessionals

Auteur: Redactie

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.