Gemeenten kunnen meer sturen met hoogte parkeertarieven

Voor een effectiever parkeerbeleid zouden gemeenten hun parkeergelegenheden ten aanzien van prijs, locatie en maximum toegestane parkeerduur verder moeten differentiëren. Dat zegt Peter van der Waerden die onlangs aan de TU-Eindhoven promoveerde op Pamela.

Pamela staat voor Parking Analysis Model for predicting Effects in Local Areas. Met het parkeermodel is de rol te onderzoeken die de parkeersituatie rond winkelgebieden speelt bij de keuzes die mensen maken als ze op weg gaan om te winkelen. Het gaat dan met name om de kenmerken van de winkelbestemming, de vervoerswijze en de parkeergelegenheid.  Het model is gebaseerd op de theorie van het individuele keuzegedrag. Met behulp van het model kunnen planners effecten van beleidsmaatregelen berekenen, zoals verandering van parkeertarief of aanbod aan parkeerplaatsen. Wat zijn dan de gevolgen voor de vraag naar parkeerplaatsen of het aantal bezoekers aan de winkels?
Uit een test in Eindhoven en Veldhoven bleek bijvoorbeeld dat parkeerkosten en maximale parkeerduur belangrijk zijn bij de keuze van een parkeervoorziening, gevolgd door de kans op een parkeerplaats en de afstand tot de winkel. Als de keus tussen verschillende vervoerwijzen wordt meegenomen, blijkt dat de reisduur met de fiets van belang is, gevolgd door parkeerkosten, reistijd met de bus en maximale parkeerduur en winkelaanbod.
Ter illustratie van de mogelijkheden is voor een hypothetische situatie gekeken wat het effect is van het gelijk maken van alle parkeertarieven (van gratis of 1 euro per uur naar 2 euro per uur), gratis fietsparkeren en het gelijktrekken van de loopafstanden naar de winkels door het aanpassen van parkeervoorzieningen. Gelijke parkeertarieven leidde in het voorbeeld tot relatief grote verschuivingen in de gekozen bestemmingen. Gratis maken van fietsparkeren had nauwelijks invloed op het autoparkeren.