Wat kunnen gemeenten doen bij tekort aan strooizout?
In veel gemeenten dreigt een tekort aan strooizout.VNG laat weten dat het extra zout dat door AkzoNobel en Frisia geleverd wordt, naar de Regionale Zoutloketten bij Rijkswaterstaat gaat en ook beschikbaar is voor gemeenten, als zij niet meer beschikken over voldoende zout om de regionale wegen in de Nationale Databank Wegbeheergegevens t/m categorie 2 en de calamiteitenroutes te strooien. Dit zout is dus niet alleen voor de rijkswegen bedoeld. Rijkswaterstaat vervult een coördinerende functie, aldus VNG.
Verder heeft VNG nog een aantal tips voor gemeenten met zoutschaarste:
• deel geen zout uit aan burgers voor de stoep, maar alleen zand
• beperk hoeveelheid zout per m2, oftewel verdun
• meng bij met zand
• strooi niet preventief
• maak zoveel mogelijk gebruik van sneeuwschuivers
• bepaal in overleg met de hulpdiensten de calamiteitenroutes. Dit zijn de routes waar nog gestrooid mag worden (in aanvulling op de doorgaande wegen en snelwegen)
• strooi zand waar kan ter verhoging van stroefheid door beperkte uitspoeling richting riool (na sneeuw)
• als een gemeente onvoldoende zout heeft om de regionale wegen in de Nationale Databank Wegbeheergegevens t/m categorie 2 en de calamiteitenroutes te strooien, dan kan men contact opnemen met de HID van RWS (het regionale zoutloket) met een verzoek om zoutlevering.
Verder vraagt VNG gemeenten de burgers te informeren welke straten als gevolg van de beperking van het strooiregime nog wel gestrooid worden en welke niet meer en wat de gevolgen zijn voor het ophalen van huisvuil e.d.
Overleg met besturen en/of directeuren van scholen en zorginstellingen wat de gemeente en scholen en zorginstellingen zelf kunnen doen aan het bereikbaar houden van de voorzieningen tijdens deze winterse periode. Stel bijvoorbeeld sneeuwscheppen en zand beschikbaar.
