Huidig beleid belemmert mobiliteit; cultuuromslag hard nodig
Het mobiliteitsbeleid van het Rijk moet op de schop, anders worden steden en het platteland onbereikbaar. Dat stelt de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (RLI) in een nieuw rapport. Het Rijk en decentrale overheden investeren namelijk vooral in rijkswegen en spoorwegen, terwijl dit duur en slecht voor het milieu is en vaak maar weinig effect heeft. Bovendien houden onder andere bestaande regels en de mindset van betrokkenen verandering tegen.
Wie zich met infrastructuur bezighoudt, staat voor een grote opgave, daar is iedereen het mee eens. De druk op het wegen- en sporennet neemt toe, de uitstoot van CO2 en fijnstof moet naar beneden en het aantal nieuwe vervoersoplossingen groeit – om maar wat te noemen. De overheid speelt hier op in en voert op tal van vlakken vernieuwingen door, maar investeert het beschikbare geld niet effectief, concludeert het adviesorgaan.
Het Rijk en de decentrale overheden investeren vooral in uitbreiding en/of vernieuwing van rijkswegen en spoorwegen, terwijl dit duur en slecht voor het milieu is en het milieu en vaak ook maar plaatselijk en tijdelijk effect heeft, aldus de RLI. Bovendien, signaleert de Raad, houden bestaande regels en afspraken vernieuwing tegen. Meespeelt ook dat de mindset van betrokkenen sterk bepaald wordt door de historisch gegroeide praktijk en of (politieke) voorkeur. En dat Rijk, provincies, gemeentes en vervoersbedrijven primair geneigd zijn om vanuit hun eigen doelstelling te handelen.
Belemmerd
Dit is niet uniek voor de mobiliteitssector, benadrukt het adviesorgaan, maar de de gevolgen hiervan zijn niet mals. Ze remmen de transitie, nieuwe partijen met ’toekomstgerichte oplossingen’ komen moeilijk aan de bak en de ontwikkeling van nieuwe vervoersoplossingen wordt daardoor belemmerd. De raad vindt het een gemiste kans dat de regering voor de oude aanpak kiest met een vaste verdeling van middelen over de bestaande vervoerswijzen.
Op zich erkent de overheid de problematiek, en verandert wel het een en ander, maar het is niet genoeg, benadrukt de RLI. Er is echt een cultuuromslag nodig. En het Rijk moet hier in het voortouw nemen – vooral met wet- en regelgeving, vindt de Raad. Nieuwe wetten en regels moeten bevorderen dat alle mobiliteitsoplossingen bij investeringsbeslissingen worden betrokken – ook als ze nog in de kinderschoenen staan of gevestigde belangen doorkruisen. ‘Toetredingsbarrières die ingebakken zitten in het huidige systeem’ moeten namelijk weggenomen worden, zodat nieuwe spelers met nieuwe ideeën over mobiliteit en plek kunnen verwerven. De raad pleit specifiek voor de opstelling van een nieuwe Bereikbaarheidswet.
Vertroebeld
Regionale vraagstukken en opgaven op gebied van mobiliteit moeten leidend zijn in de investeringsstrategie, luidt een andere aanbeveling. Nu investeert iedere overheid vooral in zijn eigen deel van het mobiliteitssysteem, ziet de raad. Dit ‘vertroebelt het zicht’ op de plaats waar de mobiliteitsproblemen ontstaan en kan leiden tot investeringen die ‘symptomen bestrijden’ in plaats van de oorzaak. Files op snelwegen worden dikwijls elders in het regionale netwerk veroorzaakt, noemt de RLI als voorbeeld. Om daarna te benadrukken dat het beschikbare geld daar dan dus ook moet worden ingezet. Dat lukt volgens de raad alleen als de regels dat toestaan en overheden ‘de bereidheid hebben om de oplossingen – onafhankelijk van zeggenschap en budgetverantwoordelijkheid – gezamenlijk te financieren.’
Bovendien moet duurzaamheid een veel prominenter plek krijgen in de overwegingen van overheden bij nieuwe mobiliteitsprojecten, is een volgend advies. Dat betekent volgens de raad concreet dat de middelen hoofdzakelijk moeten gaan ‘naar beter gebruik van de bestaande infrastructuur en de ontwikkeling en opschaling van nieuwe mobiliteitsconcepten, gericht op de regionale vervoersvraag.’
Heroverwegen
Landelijke, regionale en lokale overheden kunnen ook winst behalen door ruimte te nemen om al gemaakte keuzes en al geagendeerde projecten te heroverwegen, aldus de RLI. De vraag moet dan steeds zijn of de beschikbare middelen voor mobiliteit effectief genoeg besteed worden gegeven de huidige en toekomstige regionale opgaven.
Woensdag heeft de raad het advies aangeboden aan de minister en staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat. Geïnteresseerden kunnen 30 mei naar een symposium waar het advies wordt toegelicht en besproken.
U las zojuist één van de gratis premium artikelen
Onbeperkt lezen? Maak gebruik van de exclusieve aanbieding
Bent u al abonnee?
Men keldert mijn F2E Ultralichte elektrische voertuigen van minder dan 150kg/2 personen, 4 wielen, max 90km/u. Men parkeert 2 voertuigen op de plaats van een, of 4 indien verticaal. 3kWh/100 km. Een licht ponton kan ze over een rivier zetten.
Klassieke elektrische voertuigen van 15 kWh/100 km resulteren in meer global warming dan lichte diesels.
(methaanlekken incl.). Tijd voor een drastische ommekeer?
Iedereen taxi zoals in Afrika kan ook. In Kigali rijden alle wagens vol de stad binnen.
Tijd voor één wegbeheerder (b.v. RWS) voor een landelijk fietspadennetwerk. De lappendeken aan wegbeheerdertjes waarvan het fietsroutenetwerk nu afhankelijk is werkt niet.